Orthesen voor het onderlichaam
Onderste extremiteiten
Met de term onderste extremiteiten worden de ledematen van het onderlichaam aangeduid. Voorbeelden hiervan zijn bekken, dijbeen, onderbeen en voet. We leggen uit welke verschillende soorten orthesen voor het onderlichaam er zijn en welke functie ze hebben.
heup of bekken
De heup vormt de schakel tussen het bekken en het bovenbeen. Het heupgewricht is een kogelgewricht, waardoor het bovenbeen in alle richtingen kan bewegen. Een heuporthese ondersteunt, stabiliseert of beschermt uw bekken, bijvoorbeeld bij heupdysplasie, na een heupoperatie of bij heupontwrichting. Enkele voorbeelden zijn:
- heupbandage of heuporthese
- liesbreukbandage
- anti luxatie heupbrace
- dynamische heupabductie orthese
- spreidbroekje voor baby’s
bovenbeen, knie en onderbeen
Het been bestaat uit het bovenbeen of de dij, de knie, en het onderbeen. Een (been)orthese kan worden ingezet als hulpmiddel om de functie van spieren te ondersteunen. Ook kan het nodig zijn om de stand van gewrichten of de groei van botten te wijzigen. Voorbeelden zijn:
- knie orthesen (KO)
- knie-enkel-voet orthesen (KEVO)
- kniebrace
- patellabandje
enkel, voet en tenen
- inlegzool tegen fasciitis plantaris
- enkel-voet orthesen (EVO)
- podologische zolen
- steunzolen
- EXO-L
- EXO-L up