Hoe ontstaat een schedelafwijking?
In Nederland worden jaarlijks 170.000 baby’s geboren (bron: CBS). Bij ongeveer 10% van deze baby’s ontstaat een afwijkende vorm van het hoofdje.
Sinds begin jaren 90 is het aantal baby’s met een schedelvorm afwijking toegenomen. Dergelijke afwijkingen of afplattingen van het hoofdje kunnen ontstaan, doordat er bij veel kindjes sprake is van een voorkeurshouding. De Jeugd Gezondheid Zorg adviseert sinds de jaren ’90 om kinderen op hun rug in bed te leggen om de kans op wiegendood te verkleinen. In rugligging is de kans op het ontwikkelen een voorkeurshouding echter groter.
Als je baby net geboren is, groeien de hersenen in de eerste maanden heel snel. Mede daarom is de schedel van je kindje nog zacht en niet helemaal gesloten. Als je kindje steeds op dezelfde kant van het hoofd ligt, kan er een afplatting op die plek ontstaan. Bij het consultatiebureau krijg je adviezen om dit te voorkomen. In dit artikel staan adviezen om een voorkeurshouding te voorkomen.
Soms word je doorverwezen naar de kinderfysiotherapeut om een voorkeurshouding te doorbreken. De fysiotherapeut doet tijdens de behandelperiode enkele metingen (PCM, ofwel plagiocefalometrie). Hiermee wordt gekeken worden of de vorm van de schedel voldoende verbetert. Bij ongeveer vijfduizend baby’s lukt het niet of onvoldoende de schedelafwijking te verbeteren of te herstellen, ondanks het trouw opvolgen van de houdingsadviezen van de fysiotherapeut. In dat geval kan een redressiehelm uitkomst bieden.
Vrijblijvend advies of second opinion
Ook als je kindje niet onder behandeling is van een kinderfysiotherapeut en je twijfelt over de schedelvorm van je kindje, kun je bij ons terecht. Je kunt rechtstreeks contact met ons opnemen voor een vrijblijvende afspraak. Je krijgt van ons altijd een eerlijk advies.
